Thin Cap regeling

‘Thin cap’- regeling beperkt renteaftrek op vreemd vermogen

Maakt uw BV onderdeel uit van een concern en is de BV voor een groot gedeelte gefinancierd met vreemd vermogen (schulden), dan krijgt u mogelijk te maken met de Thin-capitalisation maatregel. Deze maatregel is opgenomen in de Wet op de vennootschapsbelasting en beperkt de aftrek van rente als er sprake is van een ‘teveel’ aan vreemd vermogen. Behoort uw BV niet tot een groep, dan is de renteaftrekbeperking niet van toepassing. Hetzelfde geldt als uw BV behoort tot een fiscale eenheid. Wat houdt de maatregel in en wanneer krijgt u er wél mee te maken?

Thin capitalisation in het kort
Allereerst moet worden vastgesteld of uw BV deel uitmaakt van een groep. Volgens de wet is een groep ‘een economische eenheid waarin rechtspersonen en vennootschappen organisatorisch met elkaar zijn verbonden’. Een voorbeeld ter verduidelijking:

De heer De Kort heeft 100 % van de aandelen in BV A. Deze BV heeft op haar beurt alle aandelen in BV B en 65 % van de aandelen in BV C. BV A heeft de centrale leiding in BV B en BV C. Alle drie de BV’s zijn nu met elkaar in één groep verbonden.

Behoort uw BV tot een groep dan wordt er vervolgens bepaald of er een teveel is aan vreemd vermogen. Dit gebeurt met behulp van een toets.

Vaste toets
Er is sprake van een teveel aan vreemd vermogen als het vreemd vermogen meer bedraagt dan driemaal het eigen vermogen. Er geldt een franchise van € 500.000. Bij de vaste toets wordt uitgegaan van de cijfers van de fiscale balans.

Voorbeeld:
BV A heeft 90% van de aandelen in BV B. Op 1 januari 2007 verstrekt BV A aan BV B een lening van € 1.600.000 tegen een rente van 5 %.. BV B betaalt dus € 80.000 aan rente. Het gemiddeld fiscaal eigen vermogen bedraagt € 200.000 . De verhouding is 8:1 (1.600.000/200.000). Het teveel aan vreemd vermogen bij BV B bedraagt 1.600.000 – (3×200.000) – 500.000 (franchise) = € 500.000. De niet aftrekbare rente over 2007 bedraagt 500.000/1.600.000 x 80.000 (rente) = € 25.000.

De vaste toets is de standaardtoets. Uw BV kan echter ook kiezen voor de concerntoets indien dit gunstiger uitpakt.

Concerntoets
Bij de concerntoets wordt gekeken of de BV, in verhouding tot de groep waarvan de BV deel uitmaakt, gefinancierd is met teveel aan vreemd vermogen. Er wordt dus een vergelijking gemaakt tussen:

  • de ratio vreemd vermogen: eigen vermogen van uw BV
  • de ratio vreemd vermogen: eigen vermogen van de groep als geheel.

Heeft uw BV een ratio van 6:1 maar de groep als geheel een ratio van 10:1, dan wordt de renteaftrek niet beperkt. Bij de concerntoets wordt uitgegaan van de cijfers van de commerciële balans.

Tot slot
U kunt ongemerkt aanlopen tegen een teveel aan vreemd vermogen. Heeft uw BV in een boekjaar bijvoorbeeld verlies geleden dan vermindert dit het eigen vermogen. Hierdoor verandert de verhouding eigen vermogen/vreemd vermogen. Er zijn allerlei mogelijkheden om te voorkomen dat uw BV geconfronteerd wordt met de Thin-capitalisation maatregel.